Het Hof van Justitie EU heeft op 13 februari 2014 in de zaak van Gautzsch versus Joseph Duna een interessant arrest gewezen. MBM Joseph Duna verkoopt in Duitsland onder meer een tuinpaviljoen met een baldakijn, waarvan het model in de herfst van 2004 door haar bedrijfsleider is ontworpen. In de loop van 2006 is concurrent Gautzsch Großhandel harerzijds begonnen met de verkoop van een gelijkend tuinpaviljoen dat in China wordt vervaardigd.

MBM Joseph Duna heeft voor haar model aanspraak gemaakt op bescherming als niet-ingeschreven gemeenschapsmodel en zij heeft bij het Landgericht Düsseldorf een inbreukprocedure ingeleid tegen Gautzsch Großhandel. Het EU modelrecht geeft een bescherming van 3 jaar vanaf de datum van openbaarmaking in een EU land aan modellen die niet zijn geregistreerd.

Het niet-geregistreerde Gemeenschapsmodel geeft de houder dezelfde rechten als op basis van het geregistreerde Gemeenschapsmodel, maar hij moet wel bewijzen dat het andere product van zijn model is nagemaakt. Dit is een zware bewijslast. Bij geregistreerde modellen hoeft men dit niet te bewijzen. Het niet-geregistreerde Gemeenschapsmodel is vaak een nuttig instrument voor bedrijven die zijn vergeten om te registreren. Nadeel is wel dat dit recht slechts 3 jaar duurt en u kunt niet meer registreren, omdat het model dan niet nieuw meer is!

Het ging er vervolgens om of dit niet-ingeschreven model wel nieuw was in 2004. Hoofdregel in het modellenrecht is dat een model wordt beschermd als het nieuw is en een eigen karakter heeft. Enerzijds betekent nieuw dat de houder het model zelf nog niet gebruikt mag hebben. Anderzijds betekent dit dat als een derde kan bewijzen dat een voorwerp met een identiek of nagenoeg hetzelfde uiterlijk reeds op de markt was op het moment dat de modelregistratie werd verricht, de nieuwheid betwist kan worden.

Het Hof stelt zich op het standpunt dat er van uit moeten worden gegaan dat een model ter kennis is gekomen van het publiek, wanneer foto’s  van dit model zijn gedistribueerd aan handelaars die actief zijn in deze sector. Echter, het Hof wijst erop dat er mogelijk geen kennisname van niet-ingeschreven Gemeenschapsmodel door ingewijden in de betrokken sector is, wanneer het model beschikbaar is gesteld voor slechts één onderneming of louter is voorgesteld aan een onderneming buiten de EU, zelfs indien het product zonder een uitdrukkelijke of stilzwijgende voorwaarde van geheimhouding aan derden is bekendgemaakt.

Meer weten? Neem contact op met mr. J.L. ten Hove, ath@tenhoveadvocatuur.com

 

 

Bel
Route